Softwareproblemen nekken jonge machinebouwer Farmateq

Zes jaar na oprichting is het doek gevallen voor Farmateq uit Yerseke. De onderneming begon in de installatietechniek, maar verlegde al snel haar aandacht naar de ontwikkeling van complexe machines voor de maakindustrie. Die koerswijziging bleek uiteindelijk funest. Op 1 april werd het bedrijf failliet verklaard.

Uit het eerste faillissementsverslag blijkt dat Farmateq zichzelf aanvankelijk richtte op elektrotechnische installaties en industriële automatisering. Vanaf 2020 kwam daar machinebouw bij. Het bedrijf ontwikkelde onder andere de zogeheten ‘Master Picker’, een zes meter lange sorteermachine voor uien, uitgerust met robotarmen en kunstmatige intelligentie. Volgens bestuurder Jan Faasse brachten juist deze projecten uit het verleden ‘het bedrijf in de problemen’.

De gebruikte software voldeed niet, waarop Farmateq besloot het pakket zelf aan te kopen en te verbeteren. Dat leverde hoge kosten op, zonder het gewenste resultaat. Ook boekte de concurrentie sneller vooruitgang. Bovendien deden zich bij geleverde machines technische problemen voor, met extra kosten en niet-betalende klanten als gevolg.

Miljoenenschuld na drie verliesjaren

Het bedrijf draaide in de jaren 2022 tot en met 2024 een jaarlijkse omzet van ruim vier miljoen euro, maar schreef daarbij stevige verliezen. In het laatste jaar liep het negatieve resultaat op tot meer dan één miljoen euro. De schulden bedroegen bij faillissement 1,56 miljoen euro, waarvan ruim 1,2 miljoen bij de bank uit hoofde van een concernfinanciering.

Farmateq werd opgericht in 2019. In 2021 begon de bouw van een nieuw pand aan de Ostrea in Yerseke. De aandelen waren in handen van Famateq Onroerend Goed B.V., dat zelf bestuurd werd door J.W. Faasse Holding B.V. De curator onderzoekt momenteel nog of er sprake is van onbehoorlijk bestuur of paulianeus handelen voorafgaand aan het faillissement.

Doorstart in afgeslankte vorm

Na de uitspraak op 1 april is het bedrijf nog enkele dagen voortgezet om lopende projecten af te ronden. Op dat moment waren er 23 medewerkers in dienst. Kort daarna zijn de belangrijkste activa – waaronder inventaris, voorraad, goodwill en debiteuren – verkocht aan een derde partij. De naam van deze koper is niet bekendgemaakt. Volgens de curator zijn enkele werknemers bij de koper in dienst getreden. Faasse gaf eerder aan dat ’95 procent van het personeel zou worden overgenomen of elders werk zou vinden’.

De doorstart richt zich op elektrotechniek, bevestigde Faasse begin april. De koper betaalde in totaal 207.500 euro voor de activa. De bank, als eerste pandhouder, zal naar verwachting volledig worden voldaan.