Staaljournaal: Importen zetten EU-prijzen onder druk

We schreven het al vaker: ‘Het kan snel gaan in de staalwereld.’ Vorige maand berichtten we nog over pogingen van de staalmakers de prijzen stabiel te houden en hoopten ze zelfs wellicht nog verhogingen af te dwingen. Inmiddels is de marktsituatie drastisch veranderd. Steeds maar goedkoper wordende importen hebben een negatief effect op de binnenlandse Europese prijzen. Dit meldt Noviostaal in het Staaljournaal van mei 2023.

Hogere staalprijzen aanstaande?

Fabrieken merken dat hun orderboeken niet gevuld blijven, terwijl dat wel verwacht werd. Immers zou door het uitvallen van twee hoogovens van ArcelorMittal en door de productieproblemen bij Tata Steel IJmuiden eerder dit voorjaar vraag en aanbod meer in balans moeten zijn gekomen. Dat bleek echter niet het geval, deels veroorzaakt door een wat tegenvallende economische groei in het 1e kwartaal 2023. In de Bondsrepubliek bleef de economische ontwikkeling op 0,0% en de Nederlandse vertoonde zelf een krimp van 0,7%.

Maar de grootste verklaring van de neerwaartse druk op de prijzen moet worden gezocht in Azië. De behoefte aan staal in China in de afgelopen periode bleek niet te groeien vanwege ook daar teleurstellende economische ontwikkelingen. De verwachtingen over een toename waren begin dit jaar hoog vanwege stimulerende maatregelen, die de Chinese overheid aankondigde, maar de positieve effecten ervan zijn nog steeds niet zichtbaar. In tegendeel want prijzen gingen onderuit en staalproducenten maakten verlies bij het huidige prijsniveau. Diverse fabrikanten besloten tot het vervroegen van de jaarlijkse onderhoudswerkzaamheden of het daadwerkelijk beperken van de productie. Het gevolg daarvan is, dat de gezamenlijke staalproductie afnam en daarmee dan ook het verbruik van grondstoffen, zoals ijzererts en steenkool. De prijzen van deze ruwmaterialen kwamen duidelijk in een neerwaartse spiraal terecht. Voor de staalmakers betekende dat enerzijds natuurlijk een voordeel bij de productiekosten, maar wanneer de staalbehoefte daalt, zal ook de fabricatie ervan gaan afnemen.

Importheffingen

Andere Aziatische producenten zagen daardoor ook hun afzetmogelijkheden op de Chinese markt beperkt worden en gingen op zoek naar alternatieven. Die lagen en liggen er in de Verenigde Staten en in de EU, waar staalprijzen aanzienlijk hoger liggen dan op hun thuismarkten. Exporteren naar de Verenigde Staten is lastig vanwege de vigerende importheffingen. Weliswaar heeft de EU die ook (de Safeguards), maar de Europese regeling kent ook een importheffingsvrij volume per product.

Landen als India, Korea, Vietnam en Indonesië voerden hun verkoopactiviteiten naar de EU dientengevolge fors op en kwamen met scherp concurrerende aanbiedingen. Dat geldt weliswaar vooral voor laagwaardige handelskwaliteiten, maar het prijseffect op de EU-markt was groot. Prijsverschillen tussen importmateriaal en Europees geproduceerd staal liepen op tot wel 150 Euro/ton. Voor veel handelaren en distributiebedrijven bleken die aanbiedingen ook interessant vanwege de lange levertijden die de Europese staalmakers afgeven. Diverse grotere EU-producenten gingen eind april en in begin mei uit de markt in de hoop dat prijzen stabiel zouden blijven middels deze strategie om schaarste te creëren. De aanbiedingen die men wel wilde afgeven betroffen alleen hoogwaardigere kwaliteiten, die wel met levertijden van ca. 8-10 weken werden gedaan. De verwachting is dat ze in de loop van mei of begin juni weer op de markt zullen terugkeren, mogelijk zelfs met levertijden in september of later. Maar dat terughoudende beleid van slechts beperkt aan te bieden lijkt vooralsnog toch haar doel te gaan missen, temeer daar ten eerste de technische problemen bij ArcelorMittal binnenkort, en eerder dan verondersteld, verholpen zullen zijn, net zoals naar verluidt ook die bij Tata Steel IJmuiden, waardoor het aanbod op de markt zal stijgen. Ten tweede omdat er nog een aantal Europese, weliswaar kleinere, staalfabrieken actief op de markt waren en bleven. Afnemers kozen vanwege het prijsverschil inmiddels ervoor hun aankopen te beperken tot het absoluut minimale en speculeerden erop, dat onder druk van goedkope importen de binnenlandse (Europese) prijzen ook neerwaarts bijgesteld gaan worden. Samengevat sluiten we niet uit, dat de Europese staalmakers zich aan zullen moeten gaan passen aan de huidige marktsituatie, temeer daar het 3e kwartaal vanwege de lagere behoefte als gevolg van de zomervakanties meestal een periode is waar staalprijzen een neerwaartse trend vertonen.  

Green steel

Het ministerie van Klimaat en Energie heeft in ons eigen land extra maatregelen aangekondigd voor de reductie van de CO2-uitstoot. Om onze ambitie van 60% remissiereductie in 2033 te behalen zal er van alle sectoren een extra bijdrage verlangd worden om de CO2-uitstoot in de diverse sectoren te verminderen. De doelstelling om in 2040 klimaatneutraal te zijn wordt extra kracht bijgezet door een aanvullend pakket van ca. 28 miljard aan investeringen. Waterstof zal naar alle waarschijnlijkheid een nog belangrijkere energiebron worden en deze zal dan ook fors opgeschaald moeten gaan worden aankomende tijd. Gesproken wordt over een verhoogde energiebelasting voor de grotere vervuilers en een apart belastingtarief voor waterstofgebruik, dat lager is dan het tarief voor gas.

De urgentie om energieneutraal staal te kunnen produceren is bij alle Europese fabrieken inmiddels wel duidelijk. Leveranciers zoals SSAB zijn inmiddels al een tijdje bezig met emissiereductie. Deze staalproducent is van plan om energieneutraal staal te produceren in de fabriek in Iowa (VS). Door het gebruik van gerecycled materiaal en schone energie zal het product nog maar een minimale koolstof uitstoot hebben. Ook Tata Steel is proeven met waterstof in hun hoogovens aan het uitvoeren. Hierdoor kan het bedrijf in de toekomst meer groen materiaal produceren. Met de huidige proeven wil het bedrijf het cokespercentage aanzienlijk te verminderen en wil het tegen 2045 volledig koolstofneutraal kunnen produceren. Ook ArcelorMittal en Salzgitter zijn bezig met grote waterstofprojecten en hebben de doelstelling uiterlijk in 2045 – 2050 wereldwijd klimaatneutraal te produceren.

Turkije

De aardbevingen die in februari in het land plaatsvonden is de ruwstaal productie in Q1 2023 circa 21% lager uitgevallen t.o.v. van dezelfde periode vorig jaar. Door reparaties waren diverse staalfabrieken niet operationeel, maar ook deze staalproducenten komen nu weer, in sommige gevallen gecontroleerd, terug op de markt. Door de terugkeer zal mei daarom waarschijnlijk in verhouding een veel betere staalproductie maand worden. Binnen 12 maanden wil het land 350.000 huizen gaan bouwen in de 11 getroffen steden in zuidoosten van Turkije.

Salzgitter

Ondanks de matige tweede helft van 2022 ziet de staalproducent een herstel van de activiteiten in het begin van 2023. De verwachting die de staalproducent in 2022 had blijkt door de lagere prijzen en algemene kostenstijging echter niet te zijn behaald. Op jaarbasis daalden de inkomsten met 14%, mede veroorzaakt door hoge inflatie, afgenomen vraag en verlies aan koopkracht. Het bedrijf verwacht een lagere winst te behalen ten opzichte van 2022 door de neerwaartse trend. De omzet van de hele Salzgitter-groep daalde met ca. 10% tot 3 miljard euro.

ArcelorMittal 

De hoogoven in Duinkerken (Frankrijk), met een productiecapaciteit van ca. 3,8 MIL ton per jaar, die vanwege brand vanaf 30 april stilligt, zal binnenkort worden herstart. De staalproducent zag begin van dit jaar signalen van een aantrekkende markt en daarom is de hoogoven in Spanje (Sestao) ook weer opgestart. Deze hoogoven, met een capaciteit van 800.000 ton wgw per jaar, was per Augustus 2022 stilgelegd vanwege onderhoud en door de zwakkere vraag niet weer opgestart. In juli 2021 kondigde het bedrijf een investering van 50 miljoen aan om van Sestao de eerste koolstofvrije staalfabriek van de wereld te maken. De insteek is tegen 2025 ca.1,6 miljoen ton fossielvrij gefabriceerd staal te kunnen produceren op basis van volledig hernieuwbare energie, schroot o.b.v. waterstof geproduceerd. 

Dunaferr

Bedrijven die geïnteresseerd zijn in de overname van Dunaferr hadden tot 4 mei de tijd om hun belangstelling te tonen, waarbij zij een niet-terug vorderbaar garantievoorschot van maar liefst ca. € 4 miljoen moesten betalen om überhaupt in aanmerking te komen. De potentiële kopers die aan die voorwaarde hebben voldaan mogen vanaf juni een officieel bod uitbrengen waarbij een x percentage van hun biedprijs als terugbetaalbare aanbetaling wordt gedaan. Er is een duidelijke voorkeur vanuit de Hongaarse regering en de desbetreffende curator voor een snelle verkoop van de verliesgevende fabriek. Wie de fabriek overneemt, zal de ontmantelingskosten op zich moeten nemen. Milieuvergunningen zullen in de verkoop worden opgenomen, maar deze lopen af in 2027 en zullen niet worden verlengd voor de huidige hoogoventechnologie.

Liberty Steel

Een drietal biedingen op de coatings lijnen van Liberty Steel in Luik (B) zijn onlangs door een Belgische rechtbank afgewezen. Een van de bieders is Liberty Steel zelf, maar ook ArcelorMittal, Marcegaglia & NLMK toonden interesse. Bronnen vertellen dat naar verluid het bod van Liberty Steel zelf het meest gunstig was voor wat betreft het veiligstellen van de exploitatie van de fabriek in combinatie met het waarborgen van de werkgelegenheid. Door een gebrek aan garanties op het gebied van duurzaamheid i.c.m. de onzekere financiële positie van de hele Liberty Steel Group is het bod van dit bedrijf door de rechtbank afgewezen. Liberty is het hier niet mee eens en is daarom tegen het besluit in beroep gegaan. 

Indicatieve
basisprijzen
per ton
Warmgewalste coilsKoudgewalste coilsSendzimir verz. coilsKwartoplaat
Maart 2023€ 830 – 850€ 900 – 930€ 940 – 980€ 1050 – 1080
April 2023€ 850 – 865€ 940 – 960€ 960 – 990€ 1060 – 1090
Mei 2023€ 770 – 810€ 840 – 890€ 880 – 910€ 940 – 990

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *