RobWelding maakt zich weinig zorgen over een eventuele economische crisis. ‘Al gaat het economisch slechter, dan zijn er nog veel bedrijven met manueel laswerk die in potentie kunnen overschakelen naar robots.’
Auteur: Jerom Rozendaal
De economie sputtert en dat wordt ook bij de machinebouwers gevoeld. ‘De beslissingstijd bij klanten is toegenomen, maar de vraag blijft goed’, vertelt Karel van Vlastuin, directeur van RobWelding, op de TechniShow in Utrecht vorige week.
De aanbieder van las-automatiseringsrobots had een cobot en een robotcel meegenomen naar de beurs. De stand was tevens voorzien van een poster van ArcNC, leverancier van automatische lasrobotprogrammering (ARP). Met dat bedrijf is RobWelding eerder deze maand een samenwerking aangegaan, waardoor de ABB robots van RobWelding nu ook ARP kennen.
Interessant voor MKB’s
‘Hierdoor komt lasrobotisering ook in beeld bij kleinere bedrijven’, stelt Van Vlastuin, die RobWelding in 2006 oprichtte. Hij had er 22 werkjaren opzitten bij een metaalverwerker met veel laswerk. ‘Daar schreef ik de lasprogramma’s’, vertelt Van Vlastuin, die vanuit deze ervaring dicht bij de praktijk staat. Sinds haar oprichting groeide RobWelding, een samenvoeging van robot en welding, tot een bedrijf van 26 medewerkers.
Alhoewel de economie iets sputtert, blijft Van Vlastuin de toekomst rooskleurig inzien. ‘Er wordt gewoon nog enorm veel manueel gelast en veel van dat werk kan gerobotiseerd worden’, vertelt hij, terwijl hij dit potentieel met de volgende rekensom kwantificeert: ‘De Metaalunie heeft zestienduizend leden, achtduizend daarvan lassen. Ik schat dat hiervan maar tweeduizend met een robot werken. Er is kortom nog veel potentieel voor robotisering.’
Klant specifieke producten
De robotcel op TechniShow is voorzien van een manipulator met lasmal die specifiek voor bedrijven ontwikkeld kan worden. De ondernemer geeft aan dat in zijn ideale ondernemingsplaatje de helft van de omzet gegenereerd wordt met gestandaardiseerde producten en de helft met klantspecifieke producten. ‘Momenteel groeit de tweede activiteit meer.’
Omdat de robot door de automatiseringssoftware steeds toegankelijker wordt voor kleine bedrijven en ook kleinere series gerobotiseerd kunnen worden, zien experts minder toekomst voor de cobot. Van Vlastuin is het hier mee eens, maar constateert desalniettemin een blijvende vraag naar de cobots. Dit is dan ook een van de redenen dat hij er eentje meenam naar de beurs. ‘De cobot lijkt ook een soort van statussymbool. Bedrijven willen hem hebben.’