Driessen Speciaalwerk investeert in Ari Seiki CNC boor- en tapcentrum

Metaalondernemer Ben Driessen is er sinds de start van Driessen Speciaalwerk erin geslaagd om eenvoudig conventioneel werk winstgevend uit te voeren. Dat weerhoudt hem niet nu te investeren in zijn eerste CNC-machine, een Ares Seiki S500. Zijn eerste CNC is door Promas geleverd.

Ben Driessen kent de ups and downs van de metaalindustrie. Hij werkt al zo’n 25 jaar in deze branche. Eerst in het bedrijf van zijn vader dat hij later heeft overgenomen. In 2004 ging het mis. Teveel geïnvesteerd, te afhankelijk van één sector (de sterk cyclische semiconductorindustrie) en te lang personeel vasthouden omdat klanten hem voorhielden dat de dip niet lang zou duren. ‘Als die lastige periode dan langer duurt dan je verwacht, loopt het fout’, weet de ondernemer nu uit eigen ervaring.


Investeren in CNC

Na al die jaren heeft Driessen sinds een jaar weer een eigen metaalbedrijf: Driessen Speciaalwerk. Geen ruim honderd personeelsleden, maar een klein aantal medewerkers. Geen werkplaats vol met de laatste generatie CNC-machines, maar vooral conventionele machines. Want op dat werk heeft Ben Driessen zich tot nog toe gericht.

Hoezeer Ben Driessen gelooft in conventioneel metaal bewerken, hij ziet wel in dat het nodig is in CNC-machines te investeren wil hij de basis onder Driessen Speciaalwerk verbreden. Sommige bewerkingen kun je beter op een CNCmachine doen. Daarom heeft hij bij Promas zijn eerste CNC boor- en tapcentrum gekocht, een S 500 van de Taiwanese producent Ares Seiki . Ook nu besteedt hij veel aandacht aan de werkvoorbereiding. Op een oude conventionele Hedeliusmachine maakt hij zijn opspanmallen aan, die dankzij het gebruik van een nulpunt spansysteem meteen op de pallet van het boor- en tapcentrum opgespannen kunnen worden. Flexibiliteit blijft van levensbelang voor hem omdat hij steeds kleine series bewerkt met levertijden van hooguit een week.

Doordat de machine is voorzien van een palletwisselaar, staat de spil nauwelijks stil overdag. Het is het eerste S 500 centrum van de Taiwanese fabrikant dat in Nederland geleverd is. Richard Hermans van Promas ziet hier een grotere markt voor: ‘De fabrikant maakt snelle machines met korte wisseltijden. Echt bedoeld voor kort cyclische producten, zoals je hier ziet. De swingtafel met daarop de palletwisselaar maakt de machine efficiënt, terwijl de investering laagdrempelig is.’ De snelheid van de machine komt ook tot uiting in de snelle gereedschapwisselaar die aan de zijkant is gemonteerd.

Een van de doorslaggevende argumenten in de afweging die Driessen heeft gemaakt, is de toegankelijkheid van de machine. Door de palletwisselaar is het machinebed hoger geplaatst. ‘Ergonomisch is de hoge werktafel gemakkelijk omdat de operator gemakkelijk bij de pallet kan komen voor het uitnemen en opspannen van de stukken.’

Een bijkomend voordeel van de palletwisselaar is dat hij ook lange delen, tot 800 mm, op de machine kan bewerken. Weliswaar in twee keer, maar de mogelijkheid is er wel.

Robot
Hoewel de machine net pas in gebruik is genomen, denkt Ben Driessen al na over een tweede. Zodra die er komt, wil hij eventueel een robot kopen om de beide machines te laden. ‘Met een tweede spil erbij zijn we nog flexibeler en dat is nodig willen we naar de markt gaan.’ Volgens Richard Hermans lenen de freesmachines van Ares Seiki zich heel goed voor de koppeling met een robot. Daarmee voorkom je dat je eventueel een tweede ploeg moet opstarten, waar je vandaag de dag dikwijls de mensen niet meer voor vindt. Of niet wilt vinden, zoals Ben Driessen.

‘Plezierig blijven werken, is belangrijker dan veel personeel. Nu hebben we een leuk team, dat wil ik zo houden.’ Met de CNC-machine kan hij wel op zoek gaan naar verbreding van zijn orderportefeuille, waarbij hij onder meer denkt aan het nabewerken van gietdelen.  Het boor- en tapcentrum heeft dankzij de palletwisselaar een hoge werktafel, wat de ergonomie ten goede komt.