Werf van de Toekomst zet in op sterke en samenwerkende scheepsbouw

De Nederlandse scheepsbouw staat onder druk. Om internationaal concurrerend te blijven, moet de sector slimmer samenwerken, vernieuwen en investeren. Met dat doel is het project ‘Werf van de Toekomst’ nu officieel van start gegaan. Het initiatief richt zich op het versterken van het concurrerend vermogen van de gehele maritieme keten en vormt een van de koploperprojecten binnen de Sectoragenda Maritieme Maakindustrie. NMT-IRO is de initiatiefnemer en projectleider.

Het project heeft meerdere doelstellingen, waaronder het aantrekkelijker maken van Nederland als vestigingsland voor scheepsbouw en toebehoren. Centraal staat het verbeteren van de samenwerking tussen partijen in de maritieme keten, om zo ruimte te creëren voor innovaties die individuele bedrijven vaak niet zelfstandig kunnen realiseren. Denk aan het opzetten van zogenoemde living labs: testomgevingen waarin bedrijven en kennisinstellingen gezamenlijk aan nieuwe oplossingen werken.

Volgens projectleider Lotte Monhemius van NMT-IRO is het vergroten van het concurrerend vermogen meer dan alleen kostprijsverlaging. ‘In de sectoragenda ligt de focus op kostprijsreductie. Ik zie dat wat breder, concurrerend vermogen kan zich ook uiten in een kortere doorlooptijd of hogere kwaliteit.’

Regio’s verbinden en versnellen

Naast innovatie richt het project zich op het verbinden van bestaande en nieuwe regionale initiatieven. In verschillende regio’s wordt al gewerkt aan onderdelen van de Sectoragenda. NMT-IRO brengt momenteel in kaart waar de overlap zit en hoe samenwerking kan worden versterkt. ‘We zijn de verschillende behoeftes voor Werf van de Toekomst uit de sector aan het ophalen’, zegt Monhemius. ‘Ook brengen we op dit moment in kaart of verschillende regio’s misschien wel met hetzelfde bezig zijn. De samenwerking tussen die regio’s kan later een grote rol spelen bij bijvoorbeeld het vormen van consortia en het aanvragen van subsidies.’

De ambitie is om efficiënt gebruik te maken van bestaande krachten en tegelijkertijd nieuwe partners aan te haken. In de praktijk blijkt er al beweging te zijn: meerdere samenwerkingen zijn gestart en lopen vooruit op de formele vervolgstappen van het project.

Input uit de sector bepaalt de koers

De eerste fase van Werf van de Toekomst bestaat uit een verkennende studie. Om breed inzicht te krijgen in de behoeften en mogelijkheden, verspreidde NMT-IRO een enquête onder maritieme bedrijven. Deze werd ingevuld door meer dan 230 respondenten. Hun feedback vormt de basis voor vervolgstappen richting een efficiëntere en duurzamere scheepsbouw.

De komende zomer worden aanvullende, verdiepende interviews gehouden. ‘Dan gaan we kijken welke innovaties er nodig zijn, wat de samenwerkingsbereidheid is en welke strategische niches bediend worden’, aldus Monhemius. De resultaten van deze gesprekken worden eind dit jaar verwacht.