Column Joachim Driessen: Help, mijn klant betaalt niet

In het februarinummer had ik het over Oubaha, een horecaondernemer die het voor elkaar kreeg een deal te sluiten met haar schuldeisers met als grootste de Belastingdienst. Hierdoor werd een groot deel van zijn schulden kwijtgescholden. De laatste tijd zien we meer berichten van ondernemers die een zogenaamd Minnelijk Akkoord gesloten hebben met hun schuldeisers.

Leuk voor die ondernemer, maar ik kreeg de vraag wat nou te doen als je aan de andere kant staat. Jouw bedrijf krijgt een belletje van een klant met het verzoek een deel van de facturen zomaar te crediteren. Wat dan te doen? Nee zeggen? Klakkeloos tekenen?

Het aanbod in zo’n geval is meestal simpel. Tekenen voor een reductie van de uitstaande crediteurenpositie tot maximaal 85 procent of anders gaan we failliet en krijg je niks. Klinkt als met de rug tegen de muur. Dat is het ook wel een beetje. Hebt u een kredietverzekering, dan kun je daar direct de boel aan doorsturen. Doorgaans handelen zij de kwestie af en heb je er geen omkijken naar.

De meesten hebben geen kredietverzekering en met reden, kost vaak meer dan het oplevert. Dan heb ik wel wat tips. Allereerst vraag om een zogenaamde ‘levensvatbaarheidsverklaring’. Dat is een verklaring van een accountant of het bedrijf na schuldsanering bestaansrecht heeft. De Belastingdienst eist ook zo’n verklaring. Je wilt niet meewerken aan een akkoord als uw klanten een paar maanden later alsnog op de fles gaat. Garantie is het niet, maar het helpt wel. Zonder zo’n verklaring kun je gerust nee zeggen.

Dan wil je voordat je tekent afspraken maken over de toekomst. Je klant heeft van alle crediteuren een akkoord nodig, dus ook van jou. Niks staat je in de weg om met je klant het gesprek te voeren over bijvoorbeeld een langere looptijd van je contract, kortere betaaltermijn of hogere tarieven. En ten slotte, ga alleen akkoord onder voorbehoud dat crediteuren akkoord zijn en eis snelle betaling van de restschuld.

Als het akkoord niet meteen slaagt, heeft je klant ook de mogelijkheid bij de rechtbank een akkoord af te dwingen als 80 procent van de schulden akkoord zijn. Dit is een zogenaamd Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA), waardoor weigerachtige crediteuren gedwongen worden mee te doen. Dan ben je nog verder van huis. Weg vordering en waarschijnlijk ook weg klant.

Balen is het in ieder geval, maar beter dan het alternatief van die reclame van vroeger: ‘anders verkoop je toch gewoon je boot’.

Joachim Driessen, onafhankelijk adviseur

Reageren?
E-mail: redactie@vraagenaanbod.nl