Start-up Asepti: ‘Niet alleen maar uptime verkopen’

Niels van Vliet en Paul Smink begonnen in maart van dit jaar Asepti. Sindsdien zijn ze zo druk, dat de vrije zaterdag er vaak bij inschiet. Maar dat vinden de mannen niet erg, want een goede service aan de klant is waar Asepti zich mee wil onderscheiden van andere spelers in de markt. ‘Vandaag heb je nog niets en morgen heb je aan 24 uur in een dag nog niet genoeg’, zegt Niels in het kantoor van Asepti in het Brabantse Odiliapeel.

Paul Smink (links) en Niels van Vliet. (Foto: Erik van Huizen)

Waarom zijn jullie Asepti begonnen?

‘Wij konden ons niet zo goed vinden in de nieuwe concepten bij onze oude werkgever’, vertelt Niels. Paul: ‘Ik heb nog niet zo’n lange geschiedenis als Niels, maar Niels was mijn manager en ik heb besloten met hem mee te gaan naar Asepti. Wij hadden allebei hetzelfde, de manier van service verlenen vonden wij niet goed. Wij zagen het anders dan onze oude werkgever.’ ‘De klanten willen steeds vaker een servicepartner die niet merk-, maar branche-gerelateerd is’, vult Niels aan. ‘Wij zijn als Asepti daarom een volledig onafhankelijk bedrijf.’

Wat doet Asepti?

‘Wij doen onderhoud aan de procescomponenten in de voedselindustrie, bij de grote zuivelbedrijven, brouwerijen, frisdrankbedrijven en een klein beetje farmacie. Dat betekent onderhoud aan bijvoorbeeld pompen, kleppen, warmtewisselaars, pasteurs en aseptische vullers. Afhankelijk van het proces doen wij dat één keer in de drie maanden, één keer per jaar of één keer in de twee jaar. Je kan het vergelijken met het onderhoud aan je auto. Maar wij vervangen niet alleen onderdelen, wij voeren ook verbeteringen door, wij proberen het proces van onze klant te optimaliseren. Door kleine veranderingen kunnen wij het proces soms beter maken en het totale kostenplaatje voor de klant verlagen.’

Hoe onderscheiden jullie je?

Bij productiebedrijven is het produceren het belangrijkste. Als serviceverlenend bedrijf moet je daar flexibel mee om kunnen gaan, want je zit toch in het hart van het proces. Je moet de productie zo min mogelijk schaden. De downtime moet zo kort mogelijk zijn. Dus als er ergens een klus is, dan gaan wij dat direct in orde maken. Wij zijn daarom ook voorraadhoudend. Van de procescomponenten, waar wij service aan verlenen, hebben wij bijna alles op voorraad. Op deze manier kunnen we de klant beter bedienen. Wij willen snel oplossingen kunnen bieden. Daarmee willen we een naam opbouwen. Wij hoeven niet snel te scoren, maar we willen langdurige relaties met onze klanten aangaan.’

Hoe zijn jullie aan je klanten gekomen?

‘Ik zit al 25 jaar in dit vak’, zegt Niels die net van een klus bij een van de klanten terugkomt. ‘Dus ik kende al heel erg veel mensen. In de markt raakten wij daardoor al redelijk snel bekend. Wij wilden rustig aan beginnen, maar we hebben nu al heel erg veel werk. We hoeven geen acquisitie te doen. We doen al heel veel werk voor de grote multinationals. Blijkbaar doen wij dus iets goeds. De mond-tot-mondreclame gaat hard. De komende zes zaterdagen zitten wij vol. Wij pretenderen een serviceverlenend bedrijf te zijn en als de productie van de klant op zaterdag stil ligt, dan gaan wij op zaterdag klussen. Wij zijn zelfs wel op zondag aan het werk geweest. Bij een aantal bedrijven worden wij zelfs al als preferred supplier ingehuurd.’

Hoe hebben jullie Asepti gefinancierd?

‘Wij hebben geen grote leningen afgesloten, maar onze spaarrekeningen zijn inmiddels wel helemaal leeg. Maar wij zijn dit ook niet begonnen om rijk te worden. Wij vonden dat het beter moest kunnen, niet alleen maar uptime verkopen. Want het is heel erg vervelend als je een klant ontevreden achterlaat, terwijl je weet dat je hem tevreden had kunnen maken. Daarom zijn wij met Asepti begonnen. En elke euro die wij nu overhouden gaat terug de zaak in.’

Waarom zitten jullie in Odiliapeel?

‘Wij hebben ons bedrijf bij het ouderlijk huis van Paul. Want het blijft in het begin toch een gok. Wij wilden wel redelijk beslagen ten ijs komen, dus dan heb je een aantal eisen. Er moet een kantoor zijn, een werkplaats en ruimte voor opslag. Dat hebben wij allemaal hier. Ook wilden wij onze centen liever in onderdelen en gereedschap steken dan in een heel duur huurpand met jarenlange verplichtingen. En de meeste bedrijven waarvoor wij werken zijn vanuit de Peel binnen een uur te bereiken. Den Bosch en Eindhoven, wij kunnen er altijd snel zijn om service te verlenen. En als je een kringetje om de Benelux trekt, dan zitten we toch redelijk centraal. We zitten net zo snel in Luxemburg als in het noorden van het land.’

Wat was jullie grootste uitdaging bij het opzetten van jullie bedrijf?

‘De grootste uitdaging was dat je de zekerheid van een vaste baan loslaat. Het blijft toch een groot risico om uiteindelijk de stap te gaan wagen. En je moet de eerste drie, vier maanden doorkomen. Omdat de bedrijven vaak niet eerder betalen, werk je die maanden eigenlijk voor niets. Maar de frustratie bij onze vorige werkgever was zo groot dat dit het risico waard was. En het kost ook veel energie. Ik wilde het daarom doen met iemand die dezelfde ambities heeft en ongekende energie. Daarom ben ik met Paul aan dit avontuur begonnen.’

Hoe zien jullie de toekomst, waar willen jullie over tien jaar staan?

‘Wij willen met Asepti wel groeien, het is niet onze ambitie met z’n tweeën te blijven. Maar wij willen niet ten koste van alles groeien. Wij hoeven geen multinational te worden. Ik zie groei meer als een groei van service naar onze klant toe. Je wordt dan groter, flexibeler en beter inzetbaar. Ik geloof dat in slimmer en efficiënter werken meer valt te halen dan uit onbeperkt mensen aannemen. Maar omdat wij nu snel aan het groeien zijn, kunnen we het waarschijnlijk met z’n tweeën niet lang meer aan.’