Plaatbewerking anno 2020

West-Europese landen kunnen de komende jaren massaal productie uit Azië terughalen en daarmee hier veel nieuwe werkgelegenheid creëren, is de overtuiging van Eduard Rutten, ceo en mede-aandeelhouder van Metes. Het begrip total cost of ownership moet dan wel op alle niveaus herbekeken worden. Ook op politiek niveau. Op de Techni-Show presenteert hij zijn visie onder de titel Plaatbewerking 2020: meer dan alleen automatiseren. Wat is dat méér?

Het is alweer vijf jaar geleden dat de laatste programmeur van Metes in Lanklaar besloot vervroegd met pensioen te gaan. Er is geen opvolger voor hem aangenomen. Tenminste, niet in België. ‘Hij heeft wel programmeurs in Servië opgeleid. Daar beschikken we nu over zes programmeurs, die ook de machines in België programmeren’, zegt Eduard Rutten, ceo van Metes. Hij ziet dit als een logische stap. In de beginjaren werd bij Metes nog aan de machines geprogrammeerd. Dat verschoof naderhand naar de werkvoorbereiding, 50 meter verderop in de vroegere Siemensfabriek. Nu worden alle programma’s in de Metech vestiging in Servië gemaakt. ‘Of de afstand nu 50 meter is of 1.600 kilometer, met Skype en de telefoon maakt dat niks meer uit’, zegt Rutten. Het levert meer flexibiliteit op, want er is altijd een programmeur beschikbaar. En doordat hij op dit vlak meer specialisten heeft kunnen aannemen, is de kwaliteit verbeterd.

Goedkoper dan China

Het is slechts één voorbeeld van het front office / back office model van de Groep Metecho, met vestigingen in Belgisch Limburg (Metes, honderd medewerkers) en in Servië (Metech, tweehonderd medewerkers) en Triam (trading en immo in Servië). In Servië kan hij rekenen met een uurloon van 1 euro. Goedkoper dan China en voor een vrachtwagen slechts op 3 dagen rijden van België. In België gebeurt de engineering en productie van volumineus werk. Dichtbij de klant. Dit is het model waarmee de West-Europese industrie de komende jaren massaal kan gaan reshoren, werk uit Azië terughalen. Nokia en Philips hebben dat al gedaan en besteden nu werk uit bij de Vlaamse groep dat ze voorheen in China inkochten. Een Oostenrijkse klant van saunakachels heeft zijn fabriek in de Filipijnen gesloten en laat de kachels nu produceren in België en Servië. ‘Ik durf elk project waar metaalbewerking en assemblage aan zit en dat nu in Azië wordt geproduceerd, uit te dagen. Met dit model kunnen ook wij low cost werken en werk terughalen naar Europa.’

Plaatbewerking 2020

Dat is in een notendop Eduard Ruttens visie op plaatbewerking 2020, het verhaal dat hij op de Techni-Show zal afsteken. Eigenlijk gaat het voor de hele maakindustrie op: verspaning, spuitgietbedrijven, assemblage et cetera. Ze investeren meer en meer in automatisatie en het slimmer inrichten van processen. Maar dat brengt niet de oplossing, denkt hij. ‘De komende jaren wordt voor menig bedrijf een drama als belangrijke pionnen in het bedrijf wegvallen, bijvoorbeeld omdat ze met pensioen gaan. Dat gaat gebeuren, omdat de kennis nog slechts bij een paar man geconcentreerd is.’ De ceo van Metes zegt vaak onder de indruk te zijn van de mooie automatisatie die hij bij concullega’s ziet. Vooral in Nederland is sterk op automatisatie ingezet nadat men het fout zag gaan met bedrijven die al vroeg productie naar Oost-Europa verplaatsten. ‘Het gaat echter niet alleen om automatisatie. Daarmee verdienen ze op drie van de tien producten geld. Die andere moeten ze tegen zulke lage prijzen maken, dat ze er fors eigen middelen op toeleggen. Vandaag moet echter elk product kostendekkend zijn. De komende jaren zul je bij iedere klant een faire prijs moeten halen.’

Total cost of ownership

En daarvoor heb je een back office nodig, zoals Rutten de lage lonen vestiging in Servië noemt. Voor elke order wordt  berekend waar de total cost of ownership het laagste is: Servië of België. Drie op de tien producten worden nog in België gemaakt, de rest in Servië. ‘Bij volumineuze producten gaan bijvoorbeeld de transportkosten te zwaar wegen, die maken we in België. Of als de klant een zeer snelle levering wil’, schetst hij een aantal redenen waarom voor de vestiging in Lanklaar kan worden gekozen. ‘We maken in Servië echter ook al prototypen die binnen een week bij de klant zijn.’ Dankzij dit model kan hij zowel low volume als high volume producten aan. Dit jaar gaat de groep in Servië investeren in zowel een waterstraalsnijmachine als in excenterpersen, beide nieuwe technologieën binnen de groep. Vanaf volgend jaar gaat hij vol de Russische markt bewerken. Rutten beschouwt dit als de groeimarkt richting 2020. ‘En Servië ligt daar ideaal voor. We kunnen onze producten in de taxfree zone in Servië zetten, waarde toevoegen en ze dan tegen 1 procent belasting naar Rusland exporteren. Dat geeft ons al 14 procent belastingvoordeel vergeleken met rechtstreeks naar Rusland exporteren.’

Innovaties ontbreken

Kijkend naar de plaatbewerking in 2020 komt natuurlijk ook het thema innovatie ter sprake. Eduard Rutten heeft voor de tweede keer deelgenomen aan de jurering voor de Techni-Show Innovatie Awards. Wat hem daarbij is opgevallen, is hoe weinig innovatief machinebouwers vandaag de dag nog zijn. Hij mist de doorbraak innovaties. ‘Innovaties waar ik een wow-gevoel van krijg.’ Machinebouwers moeten in zijn ogen veel meer out of the box durven denken. Meer kijken naar wat er rond de machine gebeurt en daar innovatieve oplossingen voor bedenken. ‘Waarom kunnen we bij een plooibank nog niet met een 3D-camera de hoek meten en deze informatie automatisch opslaan in een meetrapport? Met directe bijsturing indien nodig, maar zonder vertraging van het proces.’ Als klanten hem dwingen naar zero defect productie te gaan, moeten machinebouwers daar oplossingen voor aanreiken. ‘We moeten het begrip total cost of ownership op alle niveaus herbekijken. Het meten van een stuk is nul toegevoegde waarde. De klant wil er niet voor betalen, dus moet de machine dit tijdens het proces kunnen doen. Dat is de machine van de toekomst.’ Net zoals de machine van 2020 even eenvoudig te bedienen valt als een iPad. Als je medewerkers zonder ervaring langer dan twee dagen moet trainen, heeft in zijn ogen de machine gefaald.

Niet kritisch genoeg

Machinebouwers ontwikkelen maar door zonder echt te innoveren. ‘Innovatie zit niet meer in snelheid. Innovatie zit in stappen elimineren.’ Rutten vindt de machinebouwers niet kritisch genoeg. Ze denken alleen maar hoe ze hun machine morgen nog in de markt kunnen houden. ‘Ze moeten eigenlijk nadenken over hoe ervoor te zorgen dat de machine niet meer nodig is. Dat doen wij ook voor onze klanten. Wij zijn voortdurend op zoek naar hoe we plaatwerk voor onze klanten overbodig maken.’ Dat innovatiegehalte hebben de nieuwe machines niet meer. Hij maakt de vergelijking met de fabrikanten van CV-ketels. De nieuwste modellen zijn zo sterk verbeterd, dat mensen zonder meer hun vijftien jaar oude ketel die nog functioneert de deur uit doen omdat ze met de nieuwe CV-ketel hun total cost of ownership voor verwarming sterk verlagen. Eduard Rutten: ‘Bij de machines geldt dat niet. Nieuwe machines moeten afstand nemen van het verleden. Dat doen ze echter niet.’ Gaan de grote Europese spelers zoals Trumpf, LVD en Safan niet die kant op, dan zal de markt overspoeld worden met goedkope Turkse en Aziatische alternatieven, vreest hij. ‘Die zijn net zo goed. De oude Europese machines zijn echter nog altijd goedkoper dan nieuwe. Dan schiet je jezelf in de voet.’

Apart loonsysteem

Het probleem zit voor zijn gevoel in het succes dat machinebouwers boeken. Daardoor zijn ze gegroeid en zitten ze vast in structuren, terwijl innoveren juist uit chaos ontstaat. ‘In een bedrijf dat geld verdient ligt iedereen plat. Innovatie ontstaat juist op arme grond.’ Het zijn vaak de kleine ondernemers die nog risico durven te nemen om iets heel nieuws te ontwikkelen. Daarom pleit hij voor afschaffing van alle innovatiesubsidies. Die zijn alleen werkverschaffing voor ambtenaren. Mkb-bedrijven hebben niet de capaciteit om alle rapporten te schrijven om in aanmerking te komen voor de subsidie. ‘Als de politiek echt kiest voor de maakindustrie, schaf dan subsidies af en optimaliseer de loonkosten. Maak een apart loonsysteem voor de industrie, daar profiteert iedereen van. En dan heb je die papierwinkel niet meer nodig.’ Ook de overheid mag best wel eens aan lean manufacturing doen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *