Intermeco, pionier op gebied van laserlassen, over het werken met verschillende platformen

In Nederland is al een aantal jaar een discussie gaande over de lage penetratiegraad van het laserlassen in de plaatwerkindustrie. Intermeco is wat dat betreft een pionier, want daar werken ze al sinds begin jaren negentig met een laserlasmachine. De laatste aanwinst is een vijfassige 3D-laserlascel, uitgevoerd met een disklaser.

Vraag en Aanbod bezocht Intermeco en sprak daar met Gert-Jan Engelen, directeur van Intermeco en Marcel Neervoort, salesmanager over onder andere de laatste ontwikkelingen in de plaatbewerking en de rol van een vakbeurs als de EuroBlech en leveranciers in de investeringen die worden gedaan.

Fiber is laser van de toekomst

Het bedrijf beheerst alle facetten van de plaatbewerking, van snijden, ponsnibbelen, kanten, lassen, poedercoaten tot assemblage. Maar zoals uit het intro al blijkt zijn ze vooral sterk in het (laser)lassen en specialist in het gerobotiseerd laserlassen. De eerste laserlascel met Rofin laserbron lieten ze begin jaren negentig custom made bouwen door het Zuid-Duitse bedrijf Weil Engineering. (red.: leverancier van Weil engineering in de Benelux is VAC Machines in Brugge).

TruLaserDe laatste investering is een 3D Trumpf TruLaser Cell 7020 met  TruDisk 2602 laserbron. ‘De fiber is de laser van de toekomst’, is de mening van Engelen. ‘De fiber heeft een veel hoger rendement en vrijheid van werken dan een CO2-laser. Deze laserbron verdeelt zijn energie met een glasvezelkabel, die eenvoudig in een laserlascel kan worden geïntegreerd. Een CO2-laser die zijn energie verdeelt via spiegels is niet toepasbaar op een robot. Op dit moment draait de machine volop voor grote en kleine series. ‘Als koploper in laserlassen is onze volgende opgave om laserlassen ‘concurrent’ te laten worden van het traditionele handlassen van kleine series. Met name het doorontwikkelen van goede, betaalbare  lasmallen is hierin de moeilijkheid’, aldus Engelen.

Andere markten

‘Wij zijn goed in het vervaardigen van samengestelde complexe plaatwerkdelen. Onze competentie is een  co-maker te zijn en samen met de klant mee te denken. Daarvoor hebben we een engineeringafdeling die de plaatwerkwensen van de klant kan vertalen naar de productie’, zegt Engelen. Voorheen lag de focus veelal op massaproductie, maar dat is passé. De levenscyclus van een product wordt korter, en de klanten vragen kleinere series’, vertelt Neervoort. En met kleine series bedoelt de salesmanager aantallen die op jaarbasis in een range van 100 tot 200.000 stuks kunnen gaan. ‘Wat ook is veranderd’, weet Neervoort, ‘is dat onze klanten naar lean manufacturing overgaan en daarmee aanlevering door ons aan hun productielijn vereisen. We werken met een deel van onze klanten op basis dat zij ons ‘s morgens opgeven wat ze diezelfde dag nog aangeleverd willen hebben.’

Een andere verandering die veel meer impact heeft gehad op het Intermeco productieproces is dat de markt, mede door de vraag naar kleinere series, veranderde van hard tooled plaatbewerkingsproces naar soft tooled bewerkingen. Hard tooled bewerkingen maken gebruik van dedicated en dure gereedschappen voor de productie van één product zoals Intermeco toepast in zijn persen; soft tooled bewerkingen maken gebruik van standaard gereedschappen die flexibel inzetbaar zijn bij bijvoorbeeld kanten, ponsnibbelen, laserbewerkingen. Volgens Neervoort kiezen klanten steeds vaker voor soft tooled oplossingen want dat betekende geen investeringen in dure gereedschappen zoals persmatrijzen. Nadeel is een langere productietijd en navenant hogere stuksprijs. Zes jaar geleden hebben we besloten om verder te investeren in soft tooled productie.’

Dat resulteerde in een aantal Safan kantbanken en een semi-automatische productiecel bestaande uit Amada ponsmachines, een Trumpf ponslasercombinatie en een volautomatische Weinbrenner zwenkbuiger die Intermeco als slotstuk begin dit jaar heeft gekoppeld aan een geautomatiseerd Stopa platenmagazijn met 700 palletplaatsen. Trots is Engelen op de volledig geautomatiseerde TruBend kantcel welke ook direct gekoppeld is aan het magazijn en inmiddels 24/7 draait.  In de tussentijd zijn ze in 2012 ook nog van het ERP systeem AS400 overgegaan naar ISAH. 

Selectie

Bij de zoektocht naar nieuwe machines laat Engelen zich leiden door een aantal criteria zoals naamsbekendheid, service, ervaringen, vakliteratuur, beurzen en bijeenkomsten. Ook de integratiemogelijkheden met andere machines en software spelen een belangrijke rol. ‘Je kijkt rond en weet wie je potentiële leveranciers zijn, je bezoekt huisshows, beurzen als de EuroBlech, de BlechExpo, Tube, Schweissen und Schneiden, Techi-Show en Metall in München en je bezoekt de leveranciers zelf. De rol van de leverancier is best wel belangrijk, maar voor de hoogtechnologische machines als laserlasmachines ben je al gauw aangewezen op de informatie van de producent zelf, daar zit alle know how. Bij de laserlasmachines hebben we altijd direct contact met de producent’, vertelt Engelen.

Missing link

‘De uiteindelijke selectie van de gewenste machines is best een moeilijk proces’, weet Engelen. Je maakt de beste keuze die het best aansluit bij je wensen. En dat is vooraf nooit bekend, wij hebben op dat vlak geen één-merkenbeleid. Kijk naar onze nieuwe productiecel waar drie merken machines hun materialen moeten krijgen uit een Stopa magazijn. Dat is geen sinecure, want de besturingssystemen zijn niet zo maar aan elkaar te koppelen. Engelen verbaast zich al jaren over  de communicatie tussen de verschillende besturingssystemen. ‘De missing link in de plaatbewerking is de kennis om verschillende platformen probleemloos met elkaar te laten werken. Het is onze engineers, na lang puzzelen en vallen en opstaan, gelukt al die merken en machines met elkaar te laten samenwerken.’

Hard tooled

‘Ondanks onze investeringen in soft tooled plaatbewerkingen, blijft er zeker een grote markt voor hard tooled productie bestaan . Dat is dan ook de reden dat we nu hebben besloten om ook onze persafdeling te moderniseren’, aldus Neervoort. Zoals Intermeco nu in gedachten heeft, worden meerdere persen verder met elkaar geïntegreerd. ‘Deze stap maakt deel uit van een toekomstvisie om verder te investeren in smart industry door de logistiek verder te optimaliseren en verdere productieautomatisering’, zegt Engelen.

‘We kiezen voor manarm produceren om sneller te kunnen schakelen en ook omdat er nu eenmaal minder vakkrachten zijn. Hoog opgeleide vakmensen zijn niet zo maar op te roepen bij uitzendbureaus. Naast automatisering  proberen we mensen aan ons te binden. Ze moeten graag bij je willen werken. Om potentiële vakmensen te trekken heeft Intermeco plek voor drie bbl’ers en één hbo’er. De vijver is klein, dus stoppen we steeds meer energie in het werven van goede vakkrachten. Dat doen we sinds drie jaar door niveau vier  mbo’ers van het Graafschap College uit te nodigen. Deze geven we dan een rondleiding en laten ze via zelf te kiezen workshops kennis maken met laserlassen, dieptrekken, plaatbewerking en werkvoorbereiding. Afgelopen september hebben we een groep van 35 jongens begeleid’, besluit Engelen.

www.intermeco.nl

Laserlascel 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *