Ondernemersorganisaties: stel productiviteitsgroei en innovatie centraal in economisch beleid

De productiviteit in Nederland stagneert, investeringen blijven uit en onze concurrentiepositie verslechtert. In aanloop naar het debat over de Staat van de Economie roepen VNO-NCW en MKB-Nederland de Tweede Kamer op om werk te maken van een samenhangende investeringsagenda, gericht op productiviteit, innovatie en een sterkere concurrentiepositie van de industrie.

Hoewel de economie in het eerste kwartaal licht groeide, is die groei vooral te danken aan hogere overheidsuitgaven. De onderliggende kracht van de economie blijft zwak, met dalende investeringen en teruglopend ondernemersvertrouwen. Volgens de ondernemersorganisaties is het dan ook tijd voor een productiviteitsoffensief dat inzet op slimmer werken, minder regeldruk en meer ruimte voor innovatie. In het recente SER-advies worden hiervoor concrete voorstellen gedaan, waaronder het instellen van een onafhankelijke ‘Productivity Board’ die jaarlijks adviseert over noodzakelijke beleidskeuzes.

Industrie staat onder druk

De Nederlandse industrie staat onder hoge druk. Bedrijven sluiten, schalen productie af of investeren buiten Nederland. Dit komt in belangrijke mate doordat de Nederlandse industrie geen gelijk speelveld met buurlanden heeft. Nederland loopt uit de pas met hoge energieprijzen en door nationale koppen op het Europees beleid. Ondertussen stijgt de afhankelijkheid van import uit landen buiten Europa. De industrie heeft toekomstperspectief nodig om de neerwaartse trend te keren. Dat vraagt om een gelijk speelveld met lagere nettarieven en betrouwbaar, voorspelbaar beleid. Zodat bedrijven in Nederland kunnen investeren en hier kunnen verduurzamen.

Daarnaast vragen VNO-NCW en MKB-Nederland om een nieuwe investeringsagenda voor innovatie. De uitgaven aan onderzoek en ontwikkeling blijven achter bij andere landen, terwijl innovatieve bedrijven juist behoefte hebben aan consistentie en investeringszekerheid. Ook het behoud van toptalent en beter toegang tot groeikapitaal voor startups en scale-ups zijn daarbij van belang.

Tot slot is er meer fysieke ruimte nodig voor ondernemerschap. Slechts 2,5 procent van Nederland is economisch actief gebied, en dat staat volgens de ondernemersorganisaties onder grote druk. In de recente Ruimtelijk-Economische Visie erkent het kabinet dat er over enkele jaren al geen ruimte meer is op veel bedrijventerreinen. Nu is het zaak om dit ook te vertalen naar concrete doelen en afspraken, zodat er voldoende ruimte blijft voor het verdienvermogen van morgen.