Het betalingsgedrag van Nederlandse bedrijven is in de afgelopen maanden gestabiliseerd en komt weer overeen met het niveau van vóór de pandemie. Toch heeft ruim een derde van de bedrijven nog steeds te maken met achterstallige betalingen. De gemiddelde betalingstermijn is opgerekt naar 45 dagen, waarmee bedrijven proberen concurrerend te blijven in economisch onzekere tijden. Dat blijkt uit de nieuwste Betalingsbarometer van Atradius.

Hoewel het percentage dubieuze debiteuren gemiddeld gelijk blijft (4% van de facturen), geeft meer dan een derde van de bedrijven aan rekening te houden met een toename van faillissementen. Ook de geopolitieke situatie baart zorgen. Zo vrezen bedrijven dat een handelsoorlog of verstoringen in de toeleveringsketen hun financiële positie onder druk kunnen zetten. ‘De belangrijkste uitdaging is het beheren van de liquiditeit en cashflow, omdat deze direct van invloed zijn op de operationele stabiliteit en financiële gezondheid’, zegt Edwin Kuhlman, Hoofd Acceptatie van Atradius Nederland.
Bouw: oplopende risico’s, stijgende financieringsdruk
In de bouwsector lopen de risico’s op wanbetaling op. Twee op de vijf bouwbedrijven geven aan hun eigen leveranciers later te betalen, mede door het vastzitten van werkkapitaal in openstaande facturen. Ook groeit het gebruik van factuurfinanciering (59 procent) en is het aantal dagen waarin een factuur gemiddeld openstaat verdubbeld ten opzichte van vorig jaar.
De sector kampt bovendien met stagnerende projecten, toenemende concurrentie (41 procent) en een hoge regeldruk (47 procent), wat de marges onder druk zet. Vier op de tien bedrijven grijpen daarom naar strategisch kredietbeheer om grip te houden op hun financiële positie.
Duurzame consumptiegoederen: stabiele balans door voorzichtig beleid
Ondernemingen in de sector duurzame consumptiegoederen hanteren een terughoudend kredietbeleid, wat resulteert in een sterke afname van achterstallige betalingen. De DSO (Days Sales Outstanding) blijft stabiel en de liquiditeitspositie is stevig. Slechts 41 procent is afhankelijk van bankleningen, terwijl leverancierskrediet (44 procent) vaker wordt ingezet om de kaspositie te versterken.
Toch bestaan er zorgen over wet- en regelgeving (44 procent), technologische veranderingen (39 procent) en grillige productiekosten (36 procent). Bedrijven kiezen daarom voor een gemengde aanpak van risicobeheer om financiële stabiliteit op lange termijn te borgen.
Transport: soepel kredietbeleid met stabiele cashflow
De transportsector laat een ruimhartiger betaalbeleid zien. Bedrijven bieden langere betalingstermijnen en verkopen vaker op krediet. Desondanks blijven de DSO en cashflow in balans. Het aantal wanbetalingen daalde licht en ook het percentage dubieuze debiteuren bleef stabiel.
Wel maken transportbedrijven zich zorgen over stijgende kosten door regelgeving en toenemende concurrentie (39 procent). Daarom kiezen veel bedrijven voor een hybride kredietstrategie, waarbij intern debiteurenbeheer wordt aangevuld met externe expertise. ‘Het vermogen om risico’s effectief te beheersen, is cruciaal om operationele continuïteit en financiële stabiliteit op langere termijn te waarborgen’, aldus Kuhlman.