14 Jul. 2025
3 minuten
Vakbond CNV is niet te spreken over de plannen van Tata Steel Nederland waarmee het de aangekondigde immense reorganisatie wil gaan vormgeven. ‘Wat de directie heeft bedacht leidt tot één grote chaos’, voorspelt CNV-onderhandelaar Marten Jukema.
Jukema vervolgt: ‘1.225 banen komen te vervallen, maar bijna vierduizend mensen hebben te horen gekregen dat ze mogelijk gevolgen van de reorganisatie gaan ondervinden. Bovendien moet de besluitvorming al op 1 oktober af zijn. Dit is te veel en te snel. Deze adviesaanvraag is een recept voor ellende.’
Vandaag maakte de directie van Tata Steel in een 540 pagina’s tellende detail-adviesaanvraag aan de Centrale Ondernemingsraad (COR) duidelijk hoe men de in april aangekondigde reorganisatie voor zich ziet. Duidelijk is dat er 3.250 banen gaan vervallen of veranderen. Tegelijkertijd worden er ruim 2.000 nieuwe functies gecreëerd waarop collega’s mogen solliciteren. In totaal verdwijnen er dus 1.225 banen.
‘Inmiddels hebben ongeveer vierduizend medewerkers te horen gekregen dat ze mogelijk binnen de reikwijdte van verandering vallen’, zegt Jukema. ‘Deze mensen hebben geen idee waar ze aan toe zijn, ook al omdat de omschrijvingen van de nieuwe vacatures nog ontbreken. Het enige wat ze weten is dat ze straks elkaars concurrenten zijn of kunnen worden. Dat schept weinig vertrouwen.’
Vakbonden willen meepraten
Jukema begrijpt heel goed dat Tata Steel voor enorme financiële en economische uitdagingen staat en dat er ingegrepen moet worden. Maar over het proces is hij totaal niet te spreken. ‘Als vakbonden willen we graag meepraten over verandering’, zegt hij. ‘Maar dat moet wel perspectief opleveren, zowel voor het bedrijf als voor de medewerkers. En er moet sprake zijn van duidelijkheid en zorgvuldigheid. Wat de directie nu van plan is, lijkt daar in de verste verte niet op.’
Sterker nog, de aanpak van Tata leidt tot grote chaos, vreest de CNV-bestuurder. ‘Het voornemen is om op 1 oktober al klaar te zijn met de besluitvorming’, zegt hij. ‘Dat betekent dat de COR al ruim voor die tijd een advies moet hebben gegeven, waar de directie bovendien ook al op geanticipeerd moet hebben. Dat is onhaalbaar. De medezeggenschap staat voor een enorm zware taak en verdient alle tijd en respect om tot een zorgvuldig advies te komen. Tata verkiest nu snelheid boven zorgvuldigheid en wil de transformatie onder stoom en kokend water doorvoeren. Dat leidt tot ellende.’
Jukema vreest dat die ellende vooral gevoeld gaat worden door de medewerkers, de mensen die vaak al jarenlang met ziel en zaligheid werken voor het staalbedrijf. ‘Tata voelt als één grote familie waar iedereen nauw met elkaar verbonden is’, zegt de CNV-bestuurder. ‘Maar nu krijgen ze klap op klap. De directie moet begrijpen dat zij het kapitaal van de onderneming zijn. De mensen die na de reorganisatie overblijven zijn straks keihard nodig in het gigantische proces naar vergroening. Ze verdienen veel meer respect en zorgvuldigheid dan dit.’
Werkgelegenheidspact en sociaal plan
CNV wil dat er goede afspraken gemaakt worden voor de medewerkers die straks getroffen worden. Van de 1.225 arbeidsplaatsen die komen te vervallen denkt Tata er 425 via natuurlijk verloop op te vangen. Dan blijven er nog steeds meer dan achthonderd mensen over voor wie een oplossing moet worden gezocht. ‘In de cao is afgesproken dat Tata Steel bij reorganisaties ander werk binnen het bedrijf moet vinden voor de getroffenen, het zogeheten werkgelegenheidspact’, zegt Jukema. ‘Mocht Tata voldoende duidelijk kunnen maken dat het pact nu niet geldt of onhaalbaar zou zijn, dan willen we als CNV praten over een sociaal plan. De gevolgen voor de medewerkers die worden getroffen moeten zo goed mogelijk worden opgevangen.’
Dat neemt niet weg dat de CNV-onderhandelaar achthonderd ontslagen nog steeds veel te veel vindt. ‘Het is weliswaar de helft van de eerder aangekondigde 1.600, maar garanties voor de toekomst biedt deze ontslagronde geenszins. Tata zit middenin een traject dat moet leiden tot het maken van ‘groen’ staal. Een ontwikkeling waar juist veel menskracht voor nodig is. Daarom zullen we er in samenspraak met de medezeggenschap alles aan doen om dit aantal nog verder naar beneden te krijgen.’
