Na maanden van politieke discussie en juridische procedures heeft de Amerikaanse overheid de overname van US Steel door het Japanse Nippon Steel alsnog goedgekeurd. De deal, ter waarde van bijna veertien miljard dollar, gaat gepaard met stevige voorwaarden. Zo behoudt US Steel zijn naam, hoofdkantoor en Amerikaanse bestuursstructuur, en krijgt de Amerikaanse president via een zogeheten ‘gouden aandeel’ vergaande invloed op het beleid van het bedrijf.

De overname lag ruim anderhalf jaar onder vuur. Zowel de regering-Biden als voormalig president Trump uitten zorgen over mogelijke buitenlandse invloed op een strategisch belangrijke industrie. US Steel levert staal voor infrastructuurprojecten en defensiecontracten en geldt daarmee als cruciaal voor de nationale veiligheid. In januari werd de overname nog geblokkeerd door president Biden.
Dat de Amerikaanse overheid nu alsnog akkoord gaat, komt voort uit aanvullende toezeggingen van Nippon Steel. Het Japanse concern belooft in totaal elf miljard dollar te investeren in de Amerikaanse staalproductie. Ook zijn garanties gegeven dat het hoofdkantoor van US Steel in Pittsburgh blijft, dat de belangrijkste bestuursleden Amerikaans blijven en dat productiecapaciteit binnen de VS behouden blijft.
Gouden aandeel: symbool van controle
Opvallend onderdeel van de overeenkomst is het gouden aandeel dat de Amerikaanse regering ontvangt. Daarmee kan de president (of een aangewezen vertegenwoordiger van de overheid) ingrijpen bij belangrijke besluiten, zoals het sluiten van fabrieken, het verplaatsen van productie naar het buitenland of het overnemen van andere staalbedrijven in de VS.
Hoewel Nippon Steel juridisch eigenaar wordt van US Steel, levert het daarmee een groot deel van zijn strategische bewegingsruimte in. De Amerikaanse overheid houdt controle over het bedrijf en kan rechtstreeks invloed uitoefenen op de koers. Volgens critici, waaronder de vakbond United Steelworkers, levert dit een situatie op waarin ‘ongekende persoonlijke macht’ bij de president komt te liggen.
Economische motieven
Voor Nippon Steel is de deal desondanks aantrekkelijk. De staalproducent kampt met toenemende druk op de wereldmarkt, onder meer door goedkope Chinese export. In de Verenigde Staten ziet het bedrijf kansen voor groei en hogere marges, mede door beschermende maatregelen zoals importheffingen en nationale inkoopprogramma’s.
‘Amerika heeft deze samenwerking nodig om weer sterker te worden in de staalindustrie’, zei Nippon Steel-topman Eiji Hashimoto bij de aankondiging. Hij spreekt van een noodzakelijke stap om de concurrentiepositie van beide bedrijven te verbeteren.
Ook voor Japan zelf is het economische belang groot. De VS is een belangrijke afzetmarkt voor Japans staal, maar kampt met toenemende handelsbarrières. De export daalde recent met ruim zeventien procent als gevolg van hogere Amerikaanse invoerheffingen. De overname kan de toegang tot de Amerikaanse markt helpen veiligstellen.
Arbeidsvoorwaarden en toezicht
Ondanks de gemaakte afspraken blijven er zorgen over werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden. De Amerikaanse vakbond USW heeft zich vanaf het begin tegen de overname verzet. Voorzitter David McCall waarschuwt dat hij scherp zal toezien op naleving van de beloftes: ‘Als het nodig is, zullen we stevig actievoeren.’
Volgens een studie van Parker Strategy Group, in opdracht van US Steel, kan de deal uiteindelijk goed zijn voor meer dan 100.000 directe en indirecte banen. Maar of die verwachting wordt waargemaakt, zal in de komende jaren moeten blijken.